Besturing en controle van voedingswatercircuit in kolencentrales

De stoom die in een krachtcentrale wordt gegenereerd om turbines aan te drijven, wordt na de laatste turbinefase weer omgezet in vloeibaar water. Dit proces vindt plaats in de condensor en koelwater wordt naar deze condensor gepompt via een pijpleidingsysteem. De stoom condenseert ten gevolge van het temperatuurverschil en wordt als voedingswater vergaard. Een pomp voert dit via de pijpleidingen terug naar de boiler of stoomketel.

Het vulniveau van de voedingswatertank en het debiet van de voedingswaterpomp worden gemonitord om schommelingen of eventuele onderbrekingen in de stoomproductie te voorkomen. De temperatuur van het voorverwarmde voedingswater wordt eveneens geverifieerd omdat het, bijvoorbeeld, als ingangswaarde voor het branderbesturingssysteem kan worden gebruikt. Het is ook belangrijk om de geleidbaarheid te meten van het gedemineraliseerd voedingswater, dat regelmatig moet worden aangevuld ten gevolge van de verdamping in de koeltoren. Door toezicht te houden op het maximale zoutgehalte, wordt niet enkel verroesting vermeden, maar ook bezinksel in de warmtewisselaars die warmteoverdracht hinderen en bij gelegenheid tot oververhitting kunnen leiden.

Interfacemodules van het K-systeem, met hun galvanische scheiding en functioneel betrouwbaarheidsniveau tot SIL 3, brengen ongestoord signalen over tussen individuele systeemcomponenten en de controlekamer. In het algemeen worden signaalconditioners zonder explosiebeveiligingscertificatie gebruikt in voedingswaterprocessen. Het K-systeem stelt gebruikers in staat aan alle mogelijke vereisten te voldoen met modules uit dezelfde portfolio. Het SC-systeem, dat op een DIN-rail gemonteerde modules van slechts 6 mm breed omvat, is compact en zorgt voor een efficiënte galvanische scheiding tussen de veldapparatuur en de besturingszijde, waardoor het geschikt is voor de overdracht van analoge signalen.

Om schommelingen in de stoomproductie te vermijden, worden frequentieomvormers en transmittervoedingen gebruikt om de draaisnelheid en druk van de voedingswaterpompen te monitoren. Naast het controleren van de draaisnelheid, bieden frequentieomvormers ook opties voor slip- en draairichtingsdetectie. Er worden eveneens conductieve schakelversterkers gebruikt om het vulniveau in de voedingswatertank te bepalen. Dit zorgt voor een continue toevoer van voedingswater. Temperatuuromvormers meten de temperatuur van het voedingswater. Geschikte veldapparaten samen met transmittervoedingen houden continu toezicht op de geleidbaarheid van het voedingswater.

• Transmittervoedingen en frequentieomvormers houden respectievelijk toezicht op de druk en draaisnelheid van de voedingswaterpomp, waardoor schommelingen in het watercircuit worden voorkomen.
• Een conductieve schakelversterker controleert het vulniveau in de voedingswatertank.
• Temperatuuromvormers voor thermokoppels, potentiometers en weerstandsthermometers garanderen dat de temperatuur van het voorverwarmde water wordt gecontroleerd.
• Transmittervoedingen verlenen hulp in het continue toezicht op de voedingswaterkwaliteit.