Serviceline Industriële Sensoren
Serviceline Explosiebeveiliging

Sensorinstallatie


Hieronder vindt u een overzicht van de voornaamste punten die u dient te overwegen bij de integratie van inductieve sensoren in uw toepassingen.


Voorbereidende Maatregelen

Identificeer bij het selecteren van een sensor steeds eerst de specifieke industrietak en het toepassingsgebied van de sensor. 

Het is belangrijk dat u de sensor kiest op basis van de installatieopties en het vereiste detectiebereik. Voor planningsdoeleinden raden wij u aan deze informatie in acht te nemen en de installatievoorwaarden zo duidelijk mogelijk te bepalen. Bepaal de vereiste scanafstand(en).

Ook moet worden bevestigd of de sensor aan bijzondere voorwaarden of omgevingsomstandigheden moet/kan voldoen en, zo ja, moeten deze worden gedefinieerd. Ga na welke sensoren geschikt zijn voor de omgevingsomstandigheden van uw toepassing en ontdek de relevante geschiktheid voor gebruik.

Meer informatie:

Toepassingen en industrieën
Geschiktheid voor Gebruik
Omgevingsomstandigheden


Sensorinstallatie: een Stap-voor-Stapgids

De basisprocedure voor het monteren van een inductieve sensor verloopt als volgt:


1. Controle en Selectie van de Installatievoorwaarden

Cilindrische Sensoren

De exacte installatievoorwaarden voor de gekozen sensor moeten in acht worden genomen en gerespecteerd. Voor cilindrische sensoren gaat het hier o.a. om:

  • Voorwaarden voor een vlakke inbouwmontage 
  • Voorwaarden voor een opbouwmontage
  • Voorwaarden voor een semi-inbouwmontage met uitgebreid scanbereik

Het is belangrijk om overspraak (cross-talk) in gedachten te houden bij de installatie van meerdere sensoren. Minimumafstanden tussen sensoren moeten worden gerespecteerd om cross-talk te beperken of voorkomen.

Kubische Sensoren

Op gelijkaardige wijze gelden er ook precieze regels wat betreft de inbouw-, opbouw- en semi-inbouwmontage van kubische sensoren zoals de VariKont-L. 

Net als bij cilindrische sensoren, moeten minimumafstanden tussen individuele sensoren in acht worden genomen.  

Installatierichtlijnen zijn eigen aan de productserie en zijn beschikbaar als montage-informatie voor de gekozen sensor.

2. Bepaling/Controle van de Scanafstanden tot het Dempingselement

Elke inductieve sensor heeft een specifiek scanbereik en een specifieke scanafstand.

Wegens de unieke montagesituatie in de specifieke toepassing, is het belangrijk dat een overeenkomstige reductiefactor in aanmerking wordt genomen en dat de sensor met aanwezig dempingselement het vereiste detectiebereik op betrouwbare wijze kan beslaan.

Meer informatie:

Bepaling van Scanafstanden bij Standaard Doelobjecten

3. Eéngatsmontage of Opbouwmontage van de Sensor

Cilindrische Sensoren

Cilindrische sensoren zijn klein en beschikken over een externe schroefdraad die een eenvoudige en plaatsbesparende montage toelaat. Ze zijn verkrijgbaar in verschillende diameters. 

Bij de ééngatsmontage van cilindrische sensoren met metalen behuizingen moet het aandraaimoment van de externe schroefdraad of bevestigingsschroef in acht worden genomen.

Het aandraaimoment dat vereist is om een sensor met overeenkomstige bevestigingsschroef te monteren, hangt af van de diameter en het materiaal waaruit de sensor vervaardigd is.

De onderstaande tabel biedt een overzicht van conventionele diameters en materialen.

SchroefdraaddiameterRoestvrij staalMessingPBTPPS
M5 x 0,53,0---
M8 x 110,03,0--
M12 x 115,010,00,75-
M18 x 130,030,01,55
M30 x 1,530,030,03,010

Aandraaimoment [Nm]


Kubische Sensoren

Kubische sensoren of ‘flat packs’ zijn zodanig ontworpen dat ze eenvoudig en snel in de vereiste locatie op oppervlakken kunnen worden gemonteerd. Afhankelijk van het behuizingsontwerp, beschikken ze over één of meerdere bevestigingsgaten met een schroefdraad voor de bevestiging met bijhorende schroeven.

4. Aansluiting op spanningsbronnen en besturingsingangen

De exacte wijze waarop stroom wordt geleverd, hangt af van de speciaal geselecteerde sensor. De aansluitingsopties verschillen naargelang het type van aansluiting. Het is dan ook belangrijk dat alle richtlijnen omtrent een specifiek aansluitingstype worden gerespecteerd.

Meer informatie:

Voeding 

5. Controle van de Bedrijfs- en Schakelstand

Ten slotte moeten de bedrijfs- en schakelstand van de sensor met dempingselement en ingebouwd(e) LED-lampje(s) worden gecontroleerd.

Opmerking: Bijkomende sensoren kunnen te allen tijde aan de toepassing worden toegevoegd. De minimumafstanden tussen de individuele sensoren moeten worden gerespecteerd.

Links m.b.t. de opmerking:

Minimumafstanden tussen sensoren


amplify–Het Pepperl+Fuchs magazine

Ontdek ons online magazine! Vol boeiende succesverhalen, toepassingen, interviews en lokaal nieuws.

e-news

Abonneer u op onze nieuwsbrief en ontvang regelmatige updates en handige informatie over de automatiseringswereld.

Abonneer u

Neem een kijkje in het assortiment inductieve sensoren van Pepperl+Fuchs.